Minister Carola Schouten doorstaat eerste vuurproef in Brussel – reactie NGOs op uitkomst visserijonderhandelingen

13 December 2017

‘De raad van visserijministers is na een marathonvergadering tot overeenstemming gekomen over de toegestane visvangsten in 2018. De ministers hebben ook afspraken gemaakt over verbetering van de maatregelen om paling te herstellen.

Door het volgen van lange termijn beheerplannen gaat het met de visstand in Europa, en met name in de Noordzee, steeds beter. Het gaat wel vooral om de soorten die belangrijk zijn voor de visserij. Met de niet-commerciële soorten wordt nog te weinig rekening gehouden. Dat zal wel moeten, wil je echt kunnen spreken van duurzaam visserijbeheer.

Voor paling had de Europese commissie een sluiting van de visserij op zee voorgesteld. Dat had voor Nederland weinig gevolgen maar landen als Denemarken en Duitsland hebben zich hier hevig tegen verzet. Een compromisvoorstel om de visserij gedurende de 3 maanden wanneer paling uittrekt te sluiten, heeft het wel gehaald. Of deze maatregel helpt zal afhangen van de maanden die gekozen worden: die mogen de lidstaten zelf kiezen binnen een ruimere periode.’ – Christine Absil, Voorzitter & Visserij expert Good Fish Foundation

 

Reactie van Nederlandse NGOs op uitkomst visserijonderhandelingen voor 2018: goed beheer van commerciële soorten moet ook gaan gelden voor kwetsbare bijvangst soorten.

De EU Raad van Landbouw en Visserij ministers heeft woensdagochtend in alle vroegte, na onderhandelingen die de hele nacht duurden, de vangstquota voor de voor de visserij in Noordzee en Noord Atlantische oceaan voor 2018 vastgesteld. Voor Nederland lag de focus tijdens de onderhandelingen op belangrijke soorten zoals tarbot, tong en paling. De Nederlandse NGOs zien dat er vooruitgang is geboekt; de lijst van duurzaam geoogste vissen wordt uitgebreid. Maar er moet ook geconstateerd worden dat nog niet voldaan is aan de wettelijke verplichting om uiterlijk 2020 alle bestanden op duurzaam niveau te bevissen. De NGOs hadden graag gezien dat het succesvolle beheer op de commerciële visbestanden doorgetrokken was naar de kwetsbaardere bijvangstsoorten en dat er voorzichtiger omgegaan was met bestanden waar onzekerheden over bestaan.

Een voorbeeld van zo’n kwetsbare bijvangstsoort is tarbot. Voor schol is gekozen voor een lagere reductie dan geadviseerd door de wetenschap, omdat te grote schommelingen slecht zouden zijn voor stabiliteit in de visserijsector. Het zou mooi geweest zijn als de minister ten opzichte van tarbot en griet eenzelfde logica had gevolgd. Stabiliteit in de visserij is belangrijk en uitschieters omhoog en omlaag leiden niet tot een lange termijn duurzame situatie. Maar de vangstmogelijkheden voor tarbot en griet zijn wél met 44% opgehoogd. “Het is goed nieuws dat uit een nieuwe wetenschappelijke analyse blijkt dat er meer tarbot lijkt te zijn dan eerder gedacht” aldus Irene Kingma, van de Nederlandse Elasmobranchen Vereniging “het zou echter mooi geweest zijn als de minister terughoudend zou zijn geweest met het verhogen van de vangsten.”Tarbotvangsten zijn gekoppeld aan griet en deze gecombineerde vangsten zijn nog niet goed begrepen; de wetenschap geeft aan dat het gecombineerd quotum goed beheer van deze bestanden in de weg staat. Ook soorten die voor Nederland een lage economische waarde hebben zoals witje en wijting zullen volgend jaar ook nog overbevist kunnen worden.

Voor de populaties van zeebaars en paling adviseren wetenschappers al meerdere jaren op rij een nul-vangst. Beide soorten zijn op een niveau waarbij de toekomst van het bestand onzeker is en drastische herstelmaatregelen nodig zijn om weer terug te komen op een gezond niveau. Voor zeebaars is progressie geboekt, maar we zijn er daarmee nog niet. Voor de demersale visserij, waar de zeebaars wordt bijgevangen en die tevens het grootste aandeel heeft in de vangsten, is een stap gemaakt om vangstlimieten te beperken. Ook gaan er strengere vangstlimieten gelden voor de recreatieve en beroepsmatige handlijnvisserij. “Er wordt een eerste belangrijke stap gemaakt om de zeebaars weer op het pad van herstel te brengen, maar gezien de urgentie zijn deze maatregelen onvoldoende. Het is nu van belang om wat op papier staat ook in de praktijk te implementeren met effectieve monitoring en controle”, aldus Frederieke Vlek, van Our Fish Nederland. De uitkomsten voor paling zijn minder hoopgevend. Er is gekozen om niet mee te gaan met het Commissievoorstel van een totaalverbod op palingvisserij in de kustwateren. In plaats daarvan wordt de visserij tijdelijk verboden tijdens een nader in te vullen periode van september tot februari. Om de paling effectief te beschermen is het van essentieel belang dat de sluitingsperiode voor alle lidstaten vastgesteld wordt in lijn met de meest kwetsbare levensfase, en daarvoor is deze maatregel niet specifiek genoeg.