Het tongbestand in de Noordzee is in de afgelopen jaren gegroeid en sinds 2011 weer binnen biologisch veilige grenzen. De visserijdruk is bijna op het niveau dat is vastgesteld in het langetermijnbeheerplan voor tong.
De minimum maaswijdte van 80 mm in de boomkorvisserij op tong in de zuidelijke Noordzee leidt tot behoorlijke bijvangsten van ondermaatse, jonge vis, vooral van jonge schol. Ondermaatse vis moet worden teruggezet in zee. Boomkorvisserijen op tong gooien gemiddeld de helft van de totale vangst terug. Het overgrote deel van deze teruggooi (discards) overleeft het niet. Vissen met bodemsleepnetten beroeren de bodem en er is directe verstoring van het bodemleven. Intensief vissen met een boomkor leidt op termijn tot verandering in de soortensamenstelling in zee.
Het beheer van deze visserij is geregeld op EU-niveau en er is een langetermijnbeheerplan voor tong en schol aangenomen. Dit plan pakt positief uit voor tong. Maatregelen zijn echter nodig om de bijvangst en milieueffecten te beperken.