Deze soort is de inheemse oester van Europa, ook wel Zeeuwse of platte oester genoemd. Door overbevissing en de oesterziekte in de jaren ’60 is de wilde populatie platte oesters in Nederland vrijwel verdwenen. Op een paar plekken in Zeeland worden nog Zeeuwse oesters gekweekt, maar de meeste platte oesters komen uit Frankrijk en Ierland. Gekweekte oesters hebben geen extern voer nodig omdat het kweekproces plaatsvindt in natuurlijke waterlichamen. Oesters zijn filtervoeders en kunnen hun eigen voedsel uit het water filteren.
Oesters kunnen gekweekt worden met bodemcultuurbodemcultuur:
Het kweken van schelpdieren op ondiepe banken in zee. Bodemkweek wordt gebruikt om mosselen en oesters te kweken. Door het natuurlijk voedselaanbod in zee groeit het schelpdierzaad uit tot schelpdieren geschikt voor consumptie., hangcultuurhangcultuur:
Het kweken van schelpdieren aan palen of gazen kousen, die aan een drijvende constructie in het water hangen. Door het natuurlijke voedselaanbod in zee kan het schelpdierzaad opgroeien tot schelpdieren voor consumptie. en tafelsTafels:
In Frankrijk worden oesters uitgekweekt op ‘tafels’ in zakken. Deze tafels staan in getijdengebieden. Het broed wordt in Frankrijk vooral in broedhuizen gekweekt, voordat het in de zakken wordt geplaatst. Het kweken van oesters is zakken heeft geen bodemimpact. en vlonders. Deze kweekmethoden hebben weinig impact op het ecosysteem en veroorzaken weinig verstoring van de omgeving. Er worden geen chemicaliën gebruikt om deze soort in het wild te kweken.
Het wettelijke kader voor aquacultuur in Europa is sterk en de meeste sociale en milieukwesties worden aangepakt. Het beheerBeheer:
De regelgeving rondom visserij en aquacultuur die ervoor zorgt dat de productie binnen wettelijke kaders wordt uitgevoerd en dat duurzaamheid verzekerd kan worden. van deze soort is grotendeels effectief.